Nieuw

06
nov

De komst van nieuwe regelgeving baart de industrie zorgen

Dit is geen nieuw fenomeen, maar het lijkt in een alarmerend tempo te versnellen. Overheidsdepartementen en invloedrijke groepen vermenigvuldigen het aantal normen en voorschriften, waardoor het onbegrip onder economische spelers toeneemt. Het daaruit voortvloeiende verlies aan concurrentievermogen heeft gevolgen voor de dynamiek van de hele sector. Tegen deze achtergrond wordt binnenkort de Europese verordening inzake ontbossing en aantasting van bossen (RDUE) geïmplementeerd.

Producenten

Hoewel het noodzakelijk is om gelijke tred te houden met de veranderingen in de maatschappij, en zonder de geldigheid van de meeste gerelateerde eisen te betwisten, blijft de uitvoering ervan de verantwoordelijkheid van de producent (Natura 2000Bosbouwwetboek, enz.).

Politici en overheden creëren niet altijd nieuwe beperkingen voor boseigenaren. Machtige lobby's kunnen hun visie opleggen aan bosbouwbedrijven en -beheerders. Het FSC charter vereist bijvoorbeeld dat lokale of inheemse gemeenschappen het recht hebben om in te grijpen. Lokale gemeenschappen verwijzen naar groepen mensen die in of nabij bosgebieden wonen en die afhankelijk zijn van deze bossen voor hun levensonderhoud, cultuur of algemeen welzijn, volgens de FSC. Deze gemeenschappen kunnen families, etnische groepen, dorpen of gemeenschappen met historische, economische, culturele of spirituele banden met het bos zijn. In het veld komen groepsacties van mensen die het werk van professionals hinderen steeds vaker voor. Op elk moment kan elke werklocatie of productstroom tussen een koper en een verkoper worden gestopt door een organisatie of een groep burgers.

Om houtproducten op de markt te brengen, eisen distributeurs bovendien van fabrikanten dat ze hun hout certificeren, wat in Europa wordt vertegenwoordigd door twee bekende labels: het FSC en de PEFC. Om de herkomst van het hout te garanderen, wordt een Silva Belgica - 5/2024 Er is een chain of custody ingevoerd van het bos tot het product in de winkelrekken. Ook al worden er in de media enkele tekortkomingen gemeld, het systeem heeft de afgelopen 20 jaar zijn waarde bewezen. Vandaag de dag is certificering een essentieel hulpmiddel voor zowel duurzaam bosbeheer als de houthandel. In de loop der jaren zijn de goede praktijken die gevolgd moeten worden vermenigvuldigd en moeten zowel producenten als spelers in de houtindustrie professioneler te werk gaan. Om de motivatie en interesse van de bosbouw en houtindustrie te behouden, moeten alle nieuwe maatregelen worden geëvalueerd en realistisch worden geïmplementeerd.

Tegen deze achtergrond worden de nieuwe RDUE-regels toegepast.1 (Verordening tegen ontbossing en aantasting van bossen). Elk land moet deze Europese regel interpreteren en omzetten in nationale wetgeving. Deze keer wordt er een nieuwe wettelijke verplichting ingevoerd, met mogelijk zware lasten voor de bosbouw- en houtsector.

Voor de meeste betrokken landen is het begrip “bosdegradatie” een juridische nieuwigheid die in de lokale context moet worden geplaatst. De definitie van dit begrip zal waarschijnlijk ruim baan geven aan om het even welke organisatie of groep activisten en zal de juridische onzekerheid van de spelers in de hout- en bosbouwindustrie nog vergroten. Hier zal de traceerbaarheid van hout moeten worden bereikt door het geolokaliseren van percelen. Het verzamelen van deze gegevens is momenteel technisch niet haalbaar. Het traceren van hout tijdens de verwerking lijkt soms onmogelijk.

BOSBOUWACTIVITEITEN

In België is de toegang tot het beroep van bosbouwer nog grotendeels ongereglementeerd. Dit is niet het geval in de buurlanden. Zowel in Duitsland als in Frankrijk zijn (vaak administratieve) kwalificaties vereist om in het bos te mogen werken. We mogen niet vergeten dat boscertificering de verantwoordelijkheden van alle betrokkenen impliceert, inclusief de bosbeheerders (chain of custody).

Voor het beheer van de verordening tegen ontbossing en bosdegradatie (RDUE) is een extra administratieve structuur nodig. In eigen land zorgt de angst om veel kleine bedrijven te zien verdwijnen ervoor dat fabrikanten op zoek gaan naar technische oplossingen om te voldoen aan de RDUE.

Als er niet snel een eenvoudige oplossing wordt gevonden, zullen veel houtkapbedrijven vogelvrij worden verklaard. Ter herinnering: voor elke klant moet elke lading hout per bosperceel door de exploitant worden gecodeerd (met GPS-coördinaten) in een wettelijk aangiftesysteem. Het bedrijf is al moeilijk zonder deze administratieve taken.

Tijdens de zomer probeerden bosaannemers de maandenlange regen in te halen. Onweersbuien, administratieve beperkingen (bijv. vertragingen bij het verkrijgen van toegangsvergunningen voor het bos tijdens gevoelige periodes voor flora en fauna) en personeelstekorten beperkten deze inhaalslag. De warme, zonnige start van de tweede helft van het seizoen hielp echter om een goed activiteitsniveau in het bos te behouden.

In hardhout trekt de houtkap langzaam aan. Chinese kopers zijn niet enthousiast, hoewel beuken goed verkoopt. Als gevolg daarvan is industrieel hout zeldzamer. Het is vermeldenswaard dat de prijzen voor eikenhout stabiel bleven op de eerste verkoop van het herfstseizoen in Chimay.

SAWMILLS

De activiteit in zachthout bleef moeilijk deze zomer. De export van gezaagd hout naar de VS stagneerde. De activiteiten in Japan blijven goed, maar lang niet zo goed als in de VS. De Europese bouwmarkt, vooral in Duitsland, is traag. Hoewel de verkoopprijs van materialen, vooral houtproducten, is gedaald, zijn de bouwkosten de afgelopen jaren de pan uit gerezen. De verschillende regels die aan de bouwsector worden opgelegd, drijven de kosten aanzienlijk op. In het huidige verslechterde economische klimaat houdt dit veel initiatieven tegen. Het diagram op de volgende pagina toont de gebieden van recente regelgeving in de bouwsector. Elk gebied omvat honderden voorschriften. De budgetten die worden besteed aan normen vertegenwoordigen een steeds groter deel van de bouwkosten. Studies en audits maken nu gemiddeld tussen 9% en 18% van de totale kosten uit.

Panelen

Panelen zijn een sterk gestandaardiseerd houtproduct en zijn ook al tientallen jaren onderworpen aan talrijke normen. De herkomst van hout wordt steeds belangrijker. Certificering speelt een belangrijke rol bij markttoegang. De Britse markt was de eerste die bijna 30 jaar geleden boscertificering oplegde. Met Brexit kan deze markt het nu echter zonder EG-normen stellen en lijkt hij zich van deze eisen (die veiligheid, conformiteit en kwaliteit garanderen) te verwijderen door panelen te importeren die in China zijn geproduceerd, onder sociale en milieuomstandigheden die zeker minder streng zijn dan in Europa. Desondanks zijn de Chinese panelen FSC-gecertificeerd.

PAPIERWINKELS

Hoewel de zaken momenteel goed gaan, maken de Europese fabrieken zich zorgen. Ze zien de EU RD als een nieuwe kans voor producenten buiten Europa. In Azië en Zuid-Amerika worden de houtbronnen, voornamelijk geleverd door enorme plantages (eucalyptus, pinus radiata), niet beïnvloed door de EU-ROM, omdat ze niet uit bossen komen.

De administratieve procedures zullen veel eenvoudiger zijn dan in Europa en daardoor veel minder omslachtig en duur. Het juridische risico voor Europese producenten zal onvergelijkbaar zijn met dat voor Zuid-Amerikaanse of Aziatische producenten. Niet-naleving van de EUDR kan in Europa leiden tot hoge boetes (4% van de omzet).

ENERGIE

De beperkingen op de houtbevoorrading van elektriciteitscentrales nemen aanzienlijk toe. De implementatie van RED2(Europese Richtlijn Hernieuwbare Energie) en vervolgens RED vanaf 2026 zullen aanzienlijke kosten met zich meebrengen voor het mobiliseren van biomassa. De procedures zullen sterk lijken op die van de EU RD. De herkomst van de biomassa zal steeds strenger worden gecontroleerd en de acceptatiecriteria zullen steeds strenger worden (en heel vaak worden afgestemd op de specificaties voor PEFC- of FSC-certificering), waardoor de rechtsonzekerheid opnieuw zal toenemen. Sommige spelers op het gebied van groene energie zullen niet langer investeren in biomassacentrales, maar in plaats daarvan de voorkeur geven aan zonne- en windenergie.

PEFC-CERTIFICERING... NIEUWE ADMINISTRATIEVE VERPLICHTINGEN?

door Marine Rézette, Verantwoordelijke Boscertificering - Koninklijke Belgische Bosbouwmaatschappij

In juli 2024 worden de nieuwe PEFC-normen van kracht voor boseigenaren. Een van de grootste zorgen van boseigenaren is de toename van de administratieve lasten.

OM GECERTIFICEERD TE WORDEN, MOET EEN EIGENAAR :

  • de lidmaatschapsformulieren ondertekenen en de jaarlijkse factuur betalen. Het is snel en gemakkelijk;
  • een eigendomsbewijs opsturen (notariële akte of kadastraal overzicht uit myminfin). Het verkrijgen van deze documenten kan aanvoelen als een administratieve last. Er zit echter een reden achter deze eis: op 24 januari 2017 zond cash investigation een documentaire uit op France 2 waarin journalisten erin slaagden om een parkeerplaats en een kerncentrale gecertificeerd te krijgen. Om er zeker van te zijn dat het label serieus is, moeten de certificeringsinstanties, zoals de KBBM, controleren of de gecertificeerde percelen daadwerkelijk in bossen op het sectorplan liggen. Dit vereist karteringswerk. De KBBM heeft besloten om de volledige verantwoordelijkheid hiervoor op zich te nemen om de eigenaars te ontlasten, die ook baat kunnen hebben bij het werk dat wordt uitgevoerd door een volledige kaart van hun eigendom te verkrijgen. Eigendomsbewijzen en karteringen zijn uiteraard beschermde gegevens binnen de PEFC-eenheid van de KBBM;
  • een eenvoudig managementdocument opstellen. Het is waar dat dit document substantiëler is geworden sinds de komst van de nieuwe normen. Het eenvoudige beheersdocument is een echt instrument voor op het terrein, nuttig voor de eigenaar om een globale visie te hebben van zijn bos, in tijd en ruimte. Dit instrument kan gebruikt worden over een periode van 20 jaar en kan gemakkelijk aangepast worden eens het opgesteld is. Het opent ook discussies en wekt de nieuwsgierigheid van toekomstige generaties. Om het werk van de eigenaars te vergemakkelijken, is er een model beschikbaar in papieren of digitale vorm op de KBBM-website, alsook in een webversie op www.maproprieteforestiere.be ;
  • bepaalde documenten bewaren. De gecertificeerde eigenaar moet de certificaten van oorsprong van de zaailingen bewaren en zijn verkoopbonnen en specificaties voor de verkoop van hout voorleggen. Sjablonen zijn beschikbaar op de KBBM-website.

IS PEFC-CERTIFICERING EEN ESSENTIEEL HULPMIDDEL?

In 2020 en 2024 heeft de houtindustrie oproepen gelanceerd voor boseigenaars om hun gecertificeerde arealen te vergroten (zie Silva Belgica 6/2020 en Silva Belgica 4/2024). Dit toont aan dat er bij Waalse bedrijven een reële behoefte is aan gecertificeerd hout. Als ze niet genoeg gecertificeerd hout in België kunnen vinden, lopen ze het risico dat ze zich tot andere landen wenden om hun quota te vullen. Als we de filosofie van een lokale industrie willen ondersteunen, is het dus essentieel om de oppervlakte van het gecertificeerde bos te vergroten.

Naast het bezit van een kaart van het domein en instrumenten om een eenvoudig beheersdocument op te stellen, en de mogelijkheid om deel te nemen aan gerichte opleidingen van de SRFB, kan het verkrijgen van de PEFC-certificering door de eigenaar ook gebruikt worden als hefboom om ervoor te zorgen dat de verschillende belanghebbenden (exploitanten, jagers, enz.) verplicht worden om het bos te respecteren. Bovendien hoopt de SRFB, met de nieuwe normen inzake wilddruk, de gegevens die zullen worden verzameld en geordend per lokaliteit te kunnen gebruiken om de stem van de eigenaars te laten horen door de betrokken actoren.

PEFC-CERTIFICERING: EEN VOORDEEL BIJ HET VOLDOEN AAN DE RDUE-EISEN?

PEFC International, PEFC België en de KBBM zijn momenteel bezig met de RDUE om te kijken hoe PEFC-certificering aan de nieuwe Europese eisen kan voldoen en deze nieuwe administratieve last voor gecertificeerde eigenaren kan verlichten. Eigenaren zullen op de hoogte worden gehouden van de voortgang op dit gebied.


  1. De verordening tegen ontbossing en aantasting van bossen (RDUE) is de nieuwe Europese verordening die tot doel heeft het op de markt brengen of de uitvoer uit de EU-markt van producten die hebben bijgedragen tot ontbossing of aantasting van bossen na 31 december 2020 te verbieden. Deze tekst is op 29 juni 2023 in werking getreden en zal op 30 december voor alle lidstaten gelden. Bron : https://fr.fsc.org/fr-fr/le-rdue.
  2. Richtlijn hernieuwbare energie.

Artikel geschreven door Éric Letombe

Foto © stockddvideo

Zin om te lezen?